Facebooktwitterlinkedinmail

“Ik ben niet cynisch , ik heb levenservaring”
Oskar Wilde

“Wat als bijbel, grondwet en strafrecht voor hen nooit meer hadden betekend dan een handleiding en wat spelregels voor een gezelschapsspel? Wat als ze politiek, liefde en economie als een wedstrijd beschouwden? Wanneer ‘het goede’ voor hen de grootst mogelijke efficiency zou zijn tegen het kleinst mogelijke verlies risico, ‘het slechte’ daarentegen niets dan een suboptimaal resultaat? Als we hun motieven niet meer zouden begrijpen omdat ze er niet zijn?

Waar zouden we dan nog het recht vandaan halen om te beoordelen, te veroordelen, en vooral: wie?”

Uit Speeldrift, Juli Zeh

Op filosofisch niveau zitten we in de 21ste eeuw met de consequentie van het “God is dood” van Nietzsche en het postmodernistische “einde van de grote verhalen”. Nietzsche voorziet al aan het eind van de 19de eeuw dat de wijze waarop de westerse cultuur zich ontwikkelt, de manier waarop mensen zich ontdoen van klemmende waarden en religieuze dogmatische opvatting weliswaar een bevrijding oplevert, maar tegelijktijdig de afgrond van het nihilisme opent. Het nihilisme laat zich beschrijven als een verlies van waarden, moraal en samenhang.  Wie nog ergens in zegt te geloven; God, de menselijke goedheid, of de toekomst, wordt maar al te gauw afgedaan als naïef. Weldenkende mensen, de redelijke  mensen van de Verlichting, zijn ‘dapper’ en durven kritiek te hebben en alles in twijfel te trekken.

In de 80iger jaren schrijft Sloterdijk zijn ‘Kritiek van de cynische rede’ waarin het probleem dat voortkomt uit al deze kritiek  wordt blootgelegd; wie niet kan leven met de twijfel wordt cynisch. Maar dan wordt ook duidelijk dat er dus blijkbaar een vorm van cynisme bestaat die geen dappere kritiek (meer) is en die niet bijdraagt aan het kritische bewustzijn, maar haar juist onderuithaalt. Sloterdijk stelt dat we behoefte hebben aan een verschil tussen het cynisme waarvan de kritiek  geen perspectief biedt en het kynisme dat juist de toekomst wenst vorm te geven vanuit kritiek.

In deze lezing willen we laten zien wat nihilisme is, voor Nietzsche én in onze tijd. We leggen een relatie tussen nihilisme en cynisme en beschrijven o.a. aan de hand van Sloterdijk hoe we het nihilisme niet moeten willen ontlopen, maar het juist in de ogen moeten kijken zodat we het om kunnen vormen naar kynisme.

Wie niet gelooft in de toekomst heeft die ook niet.